De regio's en stranden van Bali: een reisgids

2024 Auteur: Cyrus Reynolds | [email protected]. Laatst gewijzigd: 2024-02-08 23:14

De Indonesische provincie Bali heeft een magie die niet in verhouding staat tot haar areaal. Voor zo'n kleine landmassa (het is slechts iets groter dan de staat Rhode Island), verbergen de kusten, vlaktes en vulkanische toppen van Bali duizenden tempels, kilometerslange wandel- en fietspaden en ontelbare selfie-waardige uitzichten.

Hoewel de natuurlijke wonderen van Bali zeker tot de beste van Zuidoost-Azië behoren, is het de unieke Balinese cultuur van het eiland die de deal voor veel toeristen bezegelt. Het rustige maar vrome hindoeïsme van de lokale bevolking komt tot uiting in verbazingwekkende kunst, levendige uitvoeringen van poppenspel en dans, en regelmatige festivals die worden gehouden in tempels die de millennia-oude manier van leven van het eiland in steen behouden.

En toch wordt het binnenland - waar veel van die magie zich manifesteert - vermeden door de meeste toeristen naar Bali, die rond Zuid-Bali verblijven vanwege de stranden, het nachtleven en de winkels. Ze maken misschien een tussenstop bij de culturele hotspot van Ubud, dat is waar - maar hoe zit het met de duik- en vulkanische wandelpaden van Oost-Bali? Hoe zit het met de ongerepte stranden van Noord-Bali?

Bali is meer dan alleen de stranden in het zuiden of de culturele schatten van Ubud. Lees verder om alle regio's van Bali te bekijken - en let op wat je hebt gemist!

Zuid-Bali: begin hier, maar stop niet

Als een beker loopt het eiland Bali taps toe en wordt het plotseling breder aan het laagste uiteinde. Het grootste deel van Bali's toeristische infrastructuur is hier te vinden en rond het meest zuidelijke district, dat de meeste plaatsen beslaat op niet meer dan twintig minuten rijden van de internationale luchthaven Ngurah Rai die zich over de nek van de beker uitstrekt.

Je vindt hier de meest toeristenvriendelijke stranden van Bali, waar de steden Seminyak, Kuta, Legian, Jimbaran, Tanjung Benoa en Nusa Dua staan.

Vooral de westkust van Zuid-Bali ligt strandresort centraal: loop naar het noorden over de hoofdstrandweg van Jalan Pantai Kuta en je hebt Kuta Beach aan je linkerhand en de meest levendige reeks hotels, winkelcentra en restaurants van het eiland aan uw rechterhand.

De oostkust - waar je Tanjung Benoa en Nusa Dua vindt - is wat rustiger, omdat de wateren op dit deel van het eiland ongeschikt zijn voor surfers. Tanjung Benoa is Bali's go-to-place voor watersport, terwijl Nusa Dua zorgt voor welgestelde toeristen in vijfsterrenresorts in hun eigen high-end, ommuurde toeristenenclave.

Het zuidelijkste Bukit-schiereiland vult de rest van de dingen-to-do-lijst van Zuid-Bali: klim naar de Uluwatu-tempel op de klif om een kecak-uitvoering te zien en daarna een diner in de buitenlucht op Jimbaran Beach.

Surfen, zonnen en feesten op de stranden van Zuid-Bali

Voor goed of ten kwade, de stranden van Zuid-Bali zijn watde meeste mensen denken aan wanneer je 'Bali' noemt - de surfscholen langs Kuta Beach; de badplaatsen aan beide kusten; en de familiereizigers (onevenredig Australisch) schouder aan schouder met de backpackers, beide partijen dragen bij aan de overvolle en feestelijke sfeer van de wijk.

Om eerlijk te zijn, de plaatselijke stranden maken Zuid-Bali tot een geweldige basis voor 24-uurs plezier.

Begin bij Kuta Beach, waar de brede strook zand met uitzicht op de Indische Oceaan voldoende ruimte biedt voor surfers, zonaanbidders en de altijd aanwezige (en altijd vervelende) sjacheraars en verkopers. De populairste surfscholen van Bali zijn te vinden langs dit stuk.

Kuta Beach boekt de stereotiepe strandvakantie op Bali, met restaurants, winkelcentra en hotels langs de rechthoek van Jalan Pantai Kuta, Jalan Legian en Jalan Melasti op loopafstand. Kuta Square, Beachwalk en andere grote winkelcentra in Zuid-Bali zijn in dit gebied te vinden.

Jimbaran organiseert nog een andere klassieke Bali-ervaring, die van het romantische diner in de buitenlucht op het strand. Bij mooi weer waait er een koele bries uit de zee, waardoor de penjor (Balinese bamboe spandoeken) in de wind zwaaien.

Tanjung Benoa Beach is niet goed voor surfers, dus watersporten zoals helmduiken en kiteboarden zijn ingesprongen om het gat te vullen. Doe mee met het waterpret, of ga hier lekker zonnen op het strand (tammer, minder overspoeld met toeristen).

Oost-Bali: in de schaduw van de heiligste berg van Bali

De oostkust van Bali geldt als een aangename onderbreking van de ongebreidelde feestscène in het zuiden van het eiland: de meeste toeristische paden in Oost-Bali zijn aangenaam gespaard van enorme drukte, met de mogelijke uitzondering van de "Moedertempel" Pura Besakih op de hellingen van Gunung Agung.

De langs de kust gelegen Jalan Prof. Dr. Ida Bagus Mantra-snelweg leidt bezoekers uit Zuid-Bali op een twee uur durende roadtrip die leidt naar de vele schatten van Oost-Bali die aan het einde wachten: regenwouden, rijstvelden, bergen en hooggelegen vlaktes, vulkanische zandstranden, rijke duikplekken en sierlijke tempels, allemaal binnen een paar uur rijden van elkaar.

De geografie van Oost-Bali is opmerkelijk vanwege het bergachtige terrein: de heilige berg (Gunung) Agung domineert de skyline, en een aantal bergen bewaken de oostkust.

Candidasa is het belangrijkste startpunt voor toeristen naar Oost-Bali. De stad maakt gebruik van het geweldige uitzicht op de berg Agung, geweldige stranden en directe toegang tot de zee om het toeristische centrum van Oost-Bali te worden. De rest van de wijk is vanaf dit punt gemakkelijk te verkennen, door steden langs de zuidkust van Oost-Bali.

Klungkung is de hoofdstad van het gelijknamige regentschap en het startpunt voor bezoekers die op weg zijn naar Pura Besakih (de belangrijkste tempel van Bali) op de hellingen van Gunung Agung. Als voormalige koninklijke hoofdstad is Klungkung gezegend met een aantal waardevolle toeristische bestemmingen, waaronder het gerechtsgebouw van Kertha Gosa in de ruïnes van het oude koninklijke paleis (Taman Gili).

De nederzetting van Padangbai dient alsde belangrijkste zeehaven die Bali en het eiland Lombok overbrugt, op ongeveer vijf uur varen met de veerboot. Vanaf hier vertrekken ook veerboten naar de Gili-eilanden. Een aantal duikoperators bedienen toeristen die in de wateren van Padangbai willen duiken.

Amlapura is de hoofdstad van het regentschap Karangasem en staat bekend om de Puri Agung Karangasem, het voormalige koninklijke paleis en het waterpaleis Tirta Gangga. Amlapura staat aan de weg die doorloopt naar de noordkust van Oost-Bali. De weg loopt langs de steden Amed en Tulamben, beide bekend om hun uitstekende duikplekken.

Duiken en snorkelen rond de stranden van Oost-Bali

De zwarte, vulkanische zandstranden rond Oost-Bali zijn stiller en wilder dan die in het overbevolkte zuiden, maar het zijn de duikplekken die echte aantrekkingskracht hebben: zandhellingen, wrakken, drop-offs, vulkanische ontsluitingen en koraal bergkammen boordevol zeeleven zijn allemaal gemakkelijk bereikbaar vanuit Candidasa aan de zuidkust of Amed in het noorden.

Of je nu een wrakduiker, onderwaterfotograaf of een beginner bent die net zijn vinnen nat maakt, een paar dagen in Oost-Bali zullen je alles geven wat je nodig hebt.

Om te beginnen met de meest gevraagde duikbestemming van het gebied - het wrak van de USAT Liberty in de wateren bij Tulamben - kunnen duikers zich wagen aan de relatief gemakkelijke wateren rond Amed en Padangbai, of test zichzelf in meer uitdagende gebieden zoals Gili Tepekong en Gili Biaha.

Vergelijk tarieven voor hotels rond Tulamben, Oost-Bali, Indonesië

Je hoeft niet eens nat te worden om onder de zee rond Bali te kijken - de Odyssey toeristische onderzeeër vaart rond de Labuan Amuk van Oost-Bali, zodat gasten de rijke onderzees leven terwijl je zo droog blijft.

Er zijn geen vaste seizoenen om te duiken op Bali, hoewel het regenseizoen van december tot maart de zichtbaarheid in sommige gebieden kan beïnvloeden, met name de noordkust. Ruwe zeeën veroorzaakt door moessonwinden beïnvloeden de duikomstandigheden in Padangbai en Candidasa.

Ubud & Centraal Bali: heiligdom voor de Balinese cultuur

Zie Ubud als de "anti-Kuta": Ubud's verhoogde, landinwaarts gelegen locatie in Centraal Bali maakt het ver buiten het bereik van hard feestende surfers, terwijl het erfgoed als een stad voor kunstenaars bezoekers trekt die willen ervaren De rijke cultuur van Bali uit de eerste hand.

Het is waarschijnlijk het weelderige, groene landschap, bedekt met rijstvelden en doorsneden door talloze rivieren, dat leidt tot de meer ontspannen sfeer van Ubud. De moderne wereld ha alt Ubud ongetwijfeld in: er is tenslotte een Starbucks in de straat van het Koninklijk Paleis. Maar Ubud heeft zich nog niet helemaal overgegeven, en de tempels, kunstmusea, traditionele optredens en rustige bed-and-breakfasts van de stad marcheren verder op het ritme van een andere gamelan.

Ubud is aantrekkelijk voor reizigers met een meer transcendentale neiging, en de attracties in het gebied zijn verplicht met een wildgroei aan kunstgalerijen, culturele optredens, religieuze retraites en kunstgerelateerde winkels. Deze zoekers hebben alleenverhoogd met de release van "Eat, Pray, Love" (zowel het boek als de film); verbazingwekkend genoeg is Ubud erin geslaagd de vraag bij te houden zonder te commercieel te worden. (Dat is de mening van uw gids, hoewel veel oudgedienden het daar misschien niet mee eens zijn.)

Central Bali's binnenlandse culturele attracties

In tegenstelling tot de andere regio's van Bali, heeft het binnenland van Centraal Bali geen stranden om van te spreken, met uitzondering van een paar zeer schilderachtige kratermeren.

Het maakt niet uit, je kunt het beste van het gebied rond Ubud vinden, vooral in een gebied dat ruwweg wordt begrensd door drie wegen - Jalan Raya Ubud in het noorden en het meest bergopwaartse uiteinde van een hoge rechthoek waarvan de zijkanten worden bepaald door Jalan Monkey Forest (aan de westkant) en Jalan Hanoman (aan de oostkant).

Het stadscentrum van Ubud is te vinden op de kruising van Jalan Monkey Forest en Jalan Raya Ubud, waar u het koninklijk paleis, het beroemde restaurant Warung Ibu Oka, de Ubud vindt kunstmarkt en het toeristencentrum.

Loop ongeveer vijftien minuten naar het zuiden door Jalan Monkey Forest, en je bevindt je in de naamgenoot van de straat, het Sacred Monkey Forest in het dorp Padangtegal. De heilige structuren van het bos en het omliggende bos herbergen een luidruchtige gemeenschap van makaken. Als je door het Jalan Monkey Forest blijft lopen, buigt het naar het oosten totdat het Jalan Hanoman kruist en het onderste uiterste van de rechthoek vormt.

Loop vanuit het stadscentrum naar het westen langs Jalan Raya Ubud, en je komt de beste kunstmusea van Ubud tegen zoals het Museum Puri Lukisanen het Blanco Renaissance Museum; en de Tjampuhan-rivier.

Ubud's centrale ligging maakt het een ideaal startpunt om de wildere gebieden van Bali in het noorden en oosten te bereiken. Niet ver van Ubud vind je de mysterieuze gebeeldhouwde Goa Gajah-grot. Ga een uur rijden naar het noorden en je zult je weg vinden naar Kintamani, de thuisbasis van de actieve vulkaan Mount Batur en enkele van Bali's beste landschappen.

Je vindt ook goedkope hotels en homestays in Ubud.

Noord-Bali: eigenzinnige en schilderachtige voormalige hoofdstad

Het regentschap Buleleng in het uiterste noorden van Bali was vroeger het koloniale bolwerk op het eiland, gecentreerd in de stad Singaraja. Alle actie is sindsdien naar Kuta gemigreerd, maar de vlucht van surfers heeft Noord-Bali geen kwaad gedaan; vandaag vinden bezoekers die willen ontsnappen aan de waanzin in het zuiden rust op het vredige zwarte vulkanische zand van Lovina Beach.

De drie uur durende rit van Zuid-Bali volgt een route die de hooglanden beklimt langs het district Bedugul, de thuisbasis van drie vulkanische kratermeren, waaronder die met de prachtige watertempel Ulun Danu Bratan.

Bedugul en zijn meren liggen op de enorme bergketen die Buleleng scheidt van de rest van Bali, waardoor het noorden van het eiland wordt geïsoleerd en het een cultuur kan ontwikkelen die losstaat van, maar nog steeds verwant is aan, de rest van Bali.

Je zult dit uit de eerste hand zien in de hoofdstad Singaraja, waar de echo's van de Nederlandse overheersing nog steeds het sterkst weerklinken in de oude huizen en lanen in Europese stijl; zijn warren-achtige Arabdorp waar goederen verhandeld werden in de oude koloniale tijd; en de felgekleurde Chinese tempel Ling Gwang Kiong in de buurt van de haven.

Dat betekent niet dat inheemse culturele ervaringen verloren gaan in Singaraja, verre van dat - je kunt een bezoek brengen aan het Gedong Kirtya Museum dat palmbladschrift bewaart en weergeeft; Gamelan-producerende workshops in het Jagaraga District; de Puri Agung Buleleng (Koninklijk Paleis), de thuisbasis van de koninklijke familie van het noorden; en (net buiten de stad) de Pura Meduwe Karang, een Balinese tempel versierd met fantastisch houtsnijwerk, waaronder een Europeaan die op een met bloemen ingelegde fiets rijdt!

Lovina-strand in Noord-Bali: zwart zand en dolfijnen

De grootste trekpleister van het noorden ligt ten westen van Singaraja, een 11 kilometer lange kustlijn die verschillende vissersdorpjes en stranden met elkaar verbindt. Lovina Beach zou op zichzelf al prachtig genoeg zijn, een ongerepte kust met veel zwart zand en weinig van de verstikkende overontwikkeling die Kuta ver in het zuiden kenmerkt.

Terwijl je hier naar hartenlust kunt snorkelen en zonnebaden met geen enkele poging om je rust te verstoren, vindt de beste manier om van Lovina Beach te genieten iets verder weg. Regel een boottocht naar de wateren van Lovina Beach bij zonsopgang, en je zult de beroemdste bewoners van het gebied zien, dolfijnen die in het water rondscharrelen en zich voeden met de lokale vissen.

Een dolfijnstandbeeld bij het dorp Kalibukuk vereeuwigt deze beroemdheden van Lovina Beach. Kalibukuk herbergt ook de bekenderealfresco barbecues, bars en restaurants.

West-Bali: de laatste echte wildernis van het eiland

Het meest westelijke punt van Bali wordt door veel toeristen als een tussenstop beschouwd, die via de veerbootstad Gilimanuk naar of van de stad Banyuwangi op Oost-Java reizen, een korte rit met de veerboot. En toch is er veel te zien als je stopt op bepaalde punten langs de snelweg die Gilimanuk met het zuiden verbindt.

Het West Bali National Park beslaat zo'n 190.000 hectare ongerepte jungle direct ten oosten van Gilimanuk. Het landschap hier - volledig wild, bijna onbewoond - vertegenwoordigt de laatste echte wildernis op het eiland, met tropische bossen en enkele vrij ongerepte stranden langs de noordkust. Bezoekers kunnen ervoor kiezen om de wandelpaden te volgen die door het kreupelhout lopen of een korte boottocht maken naar het eiland Menjangan voor enkele van de beste duiken en snorkelen die op Bali te vinden zijn.

Als je stopt bij de dorpen langs de snelweg, kom je plaatsen tegen zoals Pura Rambut Siwi (Rambut Siwi-tempel), een prachtige Balinese tempel met uitzicht op de zee en de rijstvelden; de dorpen Blimbingsari en Palasari, zeldzame Balinese christelijke gemeenschappen die begonnen als ballingsoorden; Medewi Beach, de populairste surfplek van het Westen; en Negara, een lokale hoofdstad en locatie voor regelmatige buffelrace-evenementen - een kijkje waard, al was het maar voor de kleurrijk versierde karren.

Het Medewi-strand van West-Bali: Surf's Up onde zuidkust

Elk van de twee verschillende kusten van West-Bali heeft iets anders te bieden. De stranden aan de noordkust - meestal gecentreerd rond Menjangan Island en de stad Pemuteran - zijn geschikt voor snorkelaars en duikers, die voor de noordkust komen mildere stromingen en meer gevarieerde onderwaterdieren.

De stranden aan de zuidkust - met name Medewi Beach ten oosten van Negara - zijn veel korter, maar bieden een uitdaging voor de Bali-surfende menigte. Surfers grijnzen en verdragen het moeizame pendelen van Kuta om 's ochtends vroeg in Medewi aan te komen en de genereuze linkergolf van het gebied te vangen die het hele jaar door alle bezoekers meeneemt.

Medewi is zelden druk, een enorme opluchting voor surfers die de chaos van Zuid-Bali willen ontvluchten. De lokale bevolking is daardoor minder dol op toeristen, met lokale omleidingen en accommodaties die neigen naar het rustieke en goedkope.